Peter van der Kroef
november 2022
Het zal ongeveer 2009 geweest zijn. Ik was coördinator van brugklas 2BB/KB in het Willem de Zwijgergebouw. Samen met Bouwe Hoekstra, die coördinator van klas 1 BB/KB was zaten wij in een kantoor aan de lange gang naar de aula. Hoekstra maakte wel eens een opmerking dat ik wel erg veel bewaarde en zijn bureau was ook altijd opgeruimd, mijn bureau iets minder.
In de hal bij de vooringang van de Willem de Zwijger stond in die tijd een experimenteel kunstwerk dat meneer Beumer door leerlingen tijdens een projectweek had laten maken. Ze hadden allemaal oude ijzeren voorwerpen van huis mee moeten nemen en gezamenlijk en een hoop creativiteit en ijzerdraad hadden zij de onderdelen aan elkaar bevestigd. Bijzonder was een wit bordje dat erop gezet was waarop de naam Mr. Sadu geschilderd was. Enfin, Mr. Sadu heeft, schat ik, een jaar in de hal bij de voordeur gestaan maar op een dag zag ik meneer Boontjes met Mr. Sadu sjouwen. Mr. Sadu werd opgeruimd en dat betekende de vuilcontainer in. Ik trok het bordje met Mr. Sadu eraf en haalde er een mooi voorwiel uit voor de racefiets. Het bordje heb ik in het kantoor van meneer Boontjes gezet en het wiel, waar meneer Boontjes gefronst naar keek wat ik daar nou weer mee moest, heb ik in het kantoor van meneer Hoekstra en mij boven het bureau op de plafondplaten gelegd. Hoe lang het bordje met Mr. Sadu in het kantoor van meneer Boontjes gestaan heeft weet ik niet maar van het wiel weet ik wel wat ermee gebeurd is.
Op een avond in november een paar jaar later, had ik een ouderavond in het Willem de Zwijgergebouw. Op mijn racefiets fietste ik snel heen en weer naar huis om te eten. Op de terugweg naar school werd ik in het donker in Santpoort Zuid door een fietser aangereden. Gelukkig niemand gewond, maar ik had een flinke slag in het voorwiel en fietste voorzichtig slingerend verder naar school. Ik kwam aan en tilde mijn fiets bij de voordeur de school in. Meneer Boontjes stond bij de ingang en schudde zijn hoofd met de opmerking: “Ik plak regelmatig een band voor leerlingen, maar dit gaat niet meer goed komen”. Ik knikte en glimlachte en nam mijn fiets mee naar mijn kantoor. Ik haalde bij meneer Boontjes een paar bandenlichters en met de opmerking van hem dat ik het daar echt niet mee zou kunnen repareren ging ik weer snel naar mijn kantoor. In mijn kantoor had ik destijds dat het boven op de plafondplaten gelegd. Ik klom op mijn op mijn bureau en lichtte de platen op en trok het wiel tevoorschijn. Ik legde de band van mijn kromme voorwiel erop, pompte de band op en met 10 minuten wat het opgelost. Ik ging naar de aula voor de ouderavond. Na afloop pakte ik mijn fiets uit mijn kantoor en wandelde ermee naar de voordeur. Daar stond Meneer Boontjes die stomverbaasd naar mijn voorwiel keek toen ik hem de bandenlichters overhandigde. Hij vroeg hoe ik dat nou voor elkaar had gekregen. Ik zei alleen maar: ”Met dank aan Mr. Sadu” en fietste weg.
Mijn vragen zijn nog steeds, wie heeft van huis een fietswiel meegenomen voor het kunstwerk Mr. Sadu, want ik heb er nog jaren mee gefietst. Wie heeft de naam Mr. Sadu verzonnen en waarom die naam en wellicht heeft ook nog iemand nog een foto van mijn redder, Mr. Sadu?
Op de foto: Donald Boontjes op het schoolfeest ‘Proud to be fout’.